Familie Nejman-Kimel

Manijl Nejman en Masza Kimel kregen vier kinderen: Willy, Benjamin, Clara en Joseph. Heel de familie Nejman-Kimel werd met transport XI gedeporteerd vanuit de Dossinkazerne naar Auschwitz-Birkenau. Manijl werd arbeidsgeschikt verklaard maar stief, net als zijn gezin.

Familie Nejman-Kimel
Masza Kimel

Manijl Nejman en Masza Kimel werden beide geboren in Polen: Manijl op 4 januari 1900 in Brzeziny en Masza op 25 december 1897 in Warschau. Manijl kwam reeds in 1921 in België aan en verhuisde meermaals binnen Brussel, voornamelijk tussen Sint-Joost-ten-Node, Schaarbeek, Sint-Gillis en centrum Brussel. Masza kwam in België aan in april 1930 en woonde ook in Brussel.

Manijl en Masza trouwden op 24 december 1930. Op de dag van hun huwelijk woonde het koppel nog apart: Manijl woonde op Vanderschrickstraat 26 in Sint-Gillis en Masza op Predikherenstraat 21 in Brussel. Enkele dagen later, op 5 januari 1931, ging het echtpaar samenwonen in Anderlecht op Rossinistraat 28. Terwijl Manijl en Masza nog meermaals verhuisden, breidde het gezin uit: Willy werd geboren op 30 oktober 1931 en Benjamin op 5 januari 1933. In 1934 verhuisde het gezin naar de Onderwijsstraat 7 in Anderlecht waar nog twee kinderen werden geboren: Clara op 9 januari 1937 en Joseph op 18 februari 1938. Manijl was leerbewerker, Masza huisvrouw.

In mei 1940 viel Nazi-Duitsland België binnen. De familie Nejman-Kimel gehoorzaamde de anti-Joodse wetten van het bezettingsbestuur. Op 14 januari 1941 schreven ze zich in het gemeentelijk Jodenregister van Anderlecht in. Vader Manijl, moeder Masza en kinderen Benjamin, Willy, Clara en Joseph werden onder ons onbekende omstandigheden opgepakt en op 24 september 1942 in de Dossinkazerne ingeschreven op de lijst van transport XI onder de nummers 2011 tot 2016. Transport XI, het omvangrijkste transport van heel de deportatie uit Mechelen, vertrok op 26 september 1942 vanuit de Dossinkazerne naar Auschwitz-Birkenau.

Gezien de leeftijd van de kinderen – Willy was 10, Benjamin 9, Clara 5 en Joseph 4 – werden moeder en kroost vermoedelijk meteen na aankomst in het kamp op 28 september 1942 naar de gaskamer gestuurd. Manijls naam is terug te vinden in de – onvolledig bewaard gebleven – Sterbebücher van Auschwitz, wat aantoont dat hij geselecteerd werd voor arbeid. Manijl overleefde zijn gevangenschap niet.

 

Info publicatie:

ADRIAENS Ward, STEINBERG Maxime (e.a.), Mecheln-Auschwitz, 1942-1944. De vernietiging van de Joden en zigeuners van België, 4 delen (deel 1), Brussel, 2009.

Dieter Porton