Gezin Inowlocki-Mandel

Abram Inowlocki en zijn vrouw Elisabeth Mandel, Poolse Joden, immigreerden in 1937. In 1940-1941 worden ze verplicht uitgewezen naar Limburg.

Elisabeth Mandel (achteraan midden) met rechts van haar haar man Abram Inowlocki, omringd door familie

Abram Inowlocki en zijn vrouw Elisabeth Mandel, Poolse Joden, immigreerden in 1937. In 1940-1941 worden ze verplicht uitgewezen naar Limburg. Deze uitwijzingsmaatregel treft vooral de buitenlandse Joden in Antwerpen die recent immigreerden. Abram Inowlocki, Elisabeth Mandel en hun zoon Michel, dan 6 jaar oud, worden uitgewezen naar het dorp Kuringen. Op 29 mei 1941 krijgen ze de toestemming om naar Antwerpen terug te keren. Ze blijven er slechts vijf maanden vooraleer naar Brussel te verhuizen. Daar worden ze op 30 september opgepakt. Abram Inowlocki is dan 35, Elisabeth Mandel 30 en ze is dan zeven maanden zwanger. Een zwangere moeder, bovendien vergezeld door een klein kind, maakt geen enkele kans in transport 12 naar Auschwitz-Birkenau. Het transport vertrekt samen met transport 13 op 10 oktober 1942. De gedeporteerden worden blootgesteld aan een speciale actie van de SS-doders. Meer dan 90 procent van de vrouwen van transport 12 en 13 wordt vermoord na aankomst. Het spoor van Abram Inowlocki gaat voorgoed verloren.

Publicatieinfo

ADRIAENS Ward, STEINBERG Maxime (e.a.), Mecheln-Auschwitz, 1942-1944. De vernietiging van de Joden en zigeuners van Belgiƫ, 4 delen, Brussel, 2009.

Dr. Maxime Steinberg & Dr. Laurence Schram