Gezin Rosen-Hochglober

Hermann Rosen (°15/05/1908, Keulen) verhuist in de jaren 1920 vanuit Polen naar België met zijn ouders en broers. Sinds 1926 werkt hij bij de firma Usines Division Transport-Approvisionnement in Henegouwen. Hermann trouwt op 21 augustus 1929 met Sura Hochglober (°29/11/1906, Warschau). Na het huwelijk gaat het koppel wonen in de HH Geeststraat in Brussel. Daar worden hun twee oudste kinderen geboren: Eva (°02/11/1930, Brussel) en Jacqueline (°06/02/1942, Brussel). Jacqueline overlijdt helaas enkele maanden na haar geboorte. In 1933 verhuist het jonge gezin naar Sint-Gillis en gaan ze in de Andennestraat wonen. Op dat adres wordt Mireile (°25/03/1935, Brussel) geboren.  Vanaf 1936 kan Hermann aan de slag bij het bedrijf van zijn schoonvader als lederbewerker tot het bedrijf failliet wordt verklaard in 1939.

In mei 1940 valt Nazi-Duitsland België binnen en installeert een reeks anti-Joodse maatregelen. Enkele van deze maatregelen omvatten de verplichte registratie in het Jodenregister eind 1940 en het lidmaatschap van de Jodenvereniging vanaf de lente van 1942. Bij die laatste registratie woont het gezin in Sint-GiIlis in de Fernand Bernierstraat. Op dit adres wordt hun zoon Jacques (°06/02/1942, Brussel) geboren. Niet veel later verhuizen ze naar Charleroi en gaan ze wonen op rue Roton. In Charleroi verwelkomen ze hun laatste kind: Régine (°09/06/1943, Charleroi).

Hermann, Sura, Jacques en Régine worden onder ons onbekende omstandigheden opgepakt en op 15 april 1944 geïnterneerd in de Dossinkazerne. Op dat moment is Jacques amper 2 jaar oud en Régine slechts 10 maanden. Hermann, Sura en hun twee jongste kinderen worden op 19 mei met transport XXV gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. Moeder Sura wordt samen met haar kinderen direct naar de gaskamer gestuurd, Hermann wordt voor dwangarbeid geselecteerd en krijgt nummer 2751 op zijn linkerarm getatoeëerd. Hermann overleeft het concentratiekamp en keert na de oorlog terug naar België waar hij gaat wonen in Sint-Gillis. Ook zijn oudste dochters Eva en Mireille overleven de oorlog.