Moise Wekselman immigreerde vanuit Polen naar België in 1919. Malka Altman verliet Polen in 1922 en vestigt zich in Antwerpen. Hun kinderen worden er geboren, Juliette in 1927 en Alice in 1930.
Het gezin Wekselman: Juliette, de oudste, haar
zus Alice, haar moeder Malka Altman en haar
vader Moise Wekselman
Moise Wekselman immigreerde vanuit Polen naar België in 1919. Malka Altman verliet Polen in 1922 en vestigt zich in Antwerpen. Hun kinderen worden er geboren, Juliette in 1927 en Alice in 1930.
Moise Wekselman wordt gedwongen tewerkgesteld in Noord-Frankrijk, op de bouwplaatsen van de Atlantikwall. Op 31 oktober keert hij samen met 1229 andere dwangarbeiders naar Mechelen terug. De trein die hen terugbrengt, houdt halt in het station van Muizen, waar het transport wordt vervolledigd met gedetineerden die uit de Dossinkazerne zijn aangevoerd. Hij verdwijnt zonder een spoor na te laten bij zijn aankomst in Auschwitz-Birkenau op 3 november.
Zijn vrouw, Malka Altman, en hun dochters, Juliette en Alice, leven ondergedoken in de Luikse regio, in Grivegnée, bij Marguerite Lambrechts. Op deze manier ontsnappen ze aan de deportatie. Juliette, een jonge vrouw van 17, en Alice, 15, blijven als wezen van de Shoah achter.
Publicatieinfo
ADRIAENS Ward, STEINBERG Maxime (e.a.), Mecheln-Auschwitz, 1942-1944. De vernietiging van de Joden en zigeuners van België, 4 delen, Brussel, 2009.
Deze website maakt gebruik van cookies om jou een optimale bezoekerservaring te bieden en om jouw surfgedrag te meten. Door op "OK" te klikken of door gebruik te blijven maken van deze website, ga je hiermee akkoord.