Ludwig Posener

Kurt Friedrich Posener is een Duitse Jood die na de Kristallnacht van 9 november 1938 naar Brussel vluchtte. Zijn zoon Ludwig, dan twaalf jaar oud, gaat met hem mee.

Gedeporteerd vanuit de Dossinkazerne op 31 oktober 1942 met transport 16
Lotte Leah Stoler en Kurt Friedrich Posener met hun zoon, Ludwig Posener, ca. 1929 Ludwig Posener, korte tijd voor zijn deportatie
Kurt Friedrich Posener is een Duitse Jood die na de Kristallnacht van 9 november 1938 naar Brussel vluchtte. Zijn zoon Ludwig, dan twaalf jaar oud, gaat met hem mee. Zijn vrouw Lotte Leah Stoler was in 1933 in Berlijn overleden. Ondanks de vervolging waarvan de Joden in het Groot-Duitse Rijk het slachtoffer zijn, wordt Kurt Friedrich Posener op 10 mei 1940 door de dan nog onafhankelijke Belgische staat als ‘verdachte’ aangehouden. Hij maakt deel uit van de 8 000 personen die België naar Frankrijk deporteerde. Hij belandt in enkele kampen in het zuiden: Gurs, Saint-Cyprien, Pithiviers en Rivesaltes. Op 4 september 1942 wordt hij naar het verzamelkamp van Drancy gebracht. Hij komt op 11 september terecht in transport 31 vanuit Frankrijk. Als 51-jarige overleeft hij zijn deportatie naar Auschwitz-Birkenau niet.
Zijn zoon Ludwig, 14 jaar oud in 1940, wordt op 26 juni 1942 opgeroepen voor de verplichte tewerkstelling en gedeporteerd naar Noord-Frankrijk, naar de bouwplaatsen van de Atlantikwall. Samen met 1229 andere dwangarbeiders van de Organisation Todt, komt hij terecht in transport 16.
Ludwig Posener, dan zestien, springt samen met 237 andere vluchtelingen uit de trein. Hij wordt opnieuw opgepakt op 7 april 1943 en dezelfde dag nog wordt hij ingeschreven op de lijst van transport 20. Ditmaal ontsnapt hij niet. Bij aankomst in Auschwitz-Birkenau wordt Ludwig geselecteerd voor de arbeid, hij krijgt stamnummer 117 657. Vanuit Auschwitz, waar hij niet lang blijft, gaat hij naar het industriële bijkamp Monowitz. Zijn gezondheid gaat achteruit. Steeds vaker belandt hij in de ziekenboeg van het Kommando. Maar hij overleeft het, komt niet in een dodenmars terecht, en wordt op 27 januari 1945 door het Rode Leger bevrijd. Hij keert pas op 12 december naar België terug.
Publicatieinfo

ADRIAENS Ward, STEINBERG Maxime (e.a.), Mecheln-Auschwitz, 1942-1944. De vernietiging van de Joden en zigeuners van België, 4 delen, Brussel, 2009.

Dr. Maxime Steinberg & Dr. Laurence Schram