Karl Guenther ontvluchtte Duitsland uit schrik voor de Jodenvervolging door de Gestapo. Hij ontving hulp van de Bijstandsraad voor Joodse vluchtelingen. Karl ging in augustus 1942 in op het Arbeitseinsatzbefehl en werd met transport III vanuit de Dossinkazerne naar Auschwitz-Birkenau gedeporteerd. Hij overleefde de oorlog niet.
Marcus Sluis was een diamantslijper en Adela Zeelander kwam ook uit een diamantbewerkersfamilie. Samen kregen ze drie kinderen: Sara, Clara en Filip. De familie Sluis-Zeelander werd via verschillende transporten (III, IX en XXI) naar Auschwitz-Birkenau gedeporteerd. Niemand van hen overleefde de oorlog.
De twee zonen van Etela Lovi zijn geboren in Antwerpen. Ze worden in Antwerpen gearresteerd aan de vooravond van de eerste razzia van 15 augustus.
Dit gezin Poolse Joden wordt volledig gedeporteerd, de meesten met transport 10
Zowel Mojsesz Icehek (15) als zijn 20-jarige zus Estera Frymeta, worden opgeroepen voor transport 3.
Als 16-jarige knaap wordt Leopold Minz opgeroepen naar de Dossinkazerne voor transport 3.
Jenny Imberechts, jeugdliefde van de gedeporteerde en omgekomen Gabriel Bauden, bewaart tot aan haar dood vier foto’s van hem, een postkaart en het briefje dat hij uit de deportatietrein gooide. In 2018 schenkt een bevriende familie de originele stukken aan Kazerne Dossin.