Gustav Abineri ontvluchtte Duitsland en kwam op 26 augustus 1938 in België aan. Hij zou naar eigen zeggen in België verblijven in afwachting van emigratie naar het buitenland. Gustav moest in 1940 verplicht België verlaten maar dit kon niet plaatsvinden door gezondheidsproblemen. Hij werd met transport VIII gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau en overleefde de oorlog niet.
Adeline Rajzner (4) wordt geïnterneerd in de Dossinkazerne op 4 september 1942 samen met haar moeder, Chana Blima Frydman, een 27-jarige modiste, die in 1920 uit Polen immigreerde.
Manes Klinger vlucht in 1939 naar België. In afwachting van zijn visum voor Amerika, werkt hij als secretaris voor auteursbureau ALMO in Antwerpen. In 1942 meldt Manes zich met een oproepingsbevel voor dwangarbeid in de Dossinkazerne. Hij overleeft de deportatie niet. Voor zijn vertrek naar Mechelen geeft hij een bundel persoonlijke documenten en foto’s in bewaring bij zijn werkgever. Daar worden de stukken jaren later ontdekt in de kluis van het bedrijf. Huidig eigenaar van ALMO, Paul Larivière, en zijn dochter schenken de originelen in 2019 aan Kazerne Dossin.